Veneto

Veneto is de grootste producent van wijn in Italië, met name bekend vanwege de Prosecco en Pinot Grigio. Denk bij Veneto ook aan Valpolicella en Soave.

Geografie

Veneto loopt vanaf het zuiden van het Gardameer tot aan Venetië in het oosten en wordt begrensd door de Alpen in het Noorden en de Po delta in het zuiden. 

Klimaat

Warm en gematigd continentaal met gematigde regenval. Koele werking van het Garda meer. De wijngaarden bij de Alpen hebben een groot diurnaal verschil en de vlaktes worden gekenmerkt door mist van de Adige rivier en Po rivier. Hierdoor vind je hier wat meer ziektes. De ziekte Esca is hier een groot probleem. Esca wordt veroorzaakt door een aantal verschillende schimmels en tast meestal wijnstokken van 5-7 jaar oud aan en soms wel ouder aan. Dit heeft nogal effect op de productie omdat dit meestal de stokken zijn die de kwalitatief goede druiven leveren.  Het begint vaak met rode of gele strepen op de bladeren en uiteindelijk sterft de hele stok. Een artikel van Jancis Robinson in 2013 over dit onderwerp geeft aan dat in de Bourgonje toen al 10-20% van de oogst verloren ging door Esca. 

Bodem

De bodem op het vlakke deel in Veneto is erg vruchtbaar en geeft hoge opbrengsten. Daarom komen de betere wijnen van de wijngaarden op de heuvels. 

Druiven

No 1 Glera

No 2 Garganega: Dit is een druif uit deze regio. Veel mensen kennen de naam niet, omdat meestal alleen Soave op het etiket wordt gezet. Maar Soave is Garganega. De plant is erg productief en laat rijpend. Van oudsher was deze vaak op pergola’s te vinden en tegenwoordig koestert men de pergola training ook weer omdat het de oplossing is voor de toenemende temperatuur in de zomer. De druif is gevoelig voor de winterkou en voor botrytis. Typisch voor de wijn is hoog zuur, medium body en medium intensiteit. Aroma van limoen, appel, peren, witte peper en indien rijp steenvruchten. Over het algemeen geen rijping op hout. Indien ze staan op een zanderige bodem (zoals op het vlakke deel) dan krijg je wijnen met een medium zuurgraad die vaak jong gedronken moeten worden. Een wat betere wijn heeft wat langer een maceratie periode gehad en een rijping sur lie. De Garganega druif kan ook worden gebruikt voor appassimento wijnen.  

De Garganega is de 5de meest aangeplante witte druif van Italië. Zijn historische thuishavens zijn de provincies Verona en Vicenza. Het is een krachtige druif die net als zijn blauwe buur, Corvina, het best geteeld wordt via één lange arm/stok. Hij bereikt zijn rijpheid tussen de 3de week van september en het midden van oktober, afhankelijk van de hoogte van de wijngaarden en de door de producent gewenste rijpheid. 

We vinden de eerste sporen van deze druif terug in de 14de -eeuwse literatuur, toen in het ‘Ruralium Commodurum’ gerefereerd werd naar ‘Garganica’. De druif zou nog eerder bestaan hebben onder de verzamelnaam ‘Retica’ waaronder ook andere druivensoorten (zelfs blauwe) vielen. Hij is hiermee 1 van de oudste druiven in Italië. 

Recentelijk onderzoek heeft uitgewezen dat Garganega meer dan waarschijnlijk verwant is met Grecanico (een druif van Griekse herkomst) die vandaag wijdverspreid is in Sicilië. In Veneto en Sicilië samen staat nu 11.000 hectare met Garganega stokken. 

No 3 Merlot

No 4 Corvina

No 5 Pinot Grigio

No 6 Cabernet Sauvignon

Soave

Dit ligt in het oosten van Veneto en bestaat grofweg uit twee delen: de heuvels in het Noorden en het platte deel in het zuiden bij de Adige rivier. De bodem van de heuvels bestaan uit kalksteen en klei en/ of vulkaanstenen. Over het algemeen dus koel in combinatie met de hogere ligging is de rijping hier wat langzamere en blijft de zuurgraad wat hoger. Zeg je Soave denk dan aan witte wijn gemaakt van de Garganega druif. 

Soave heeft van zichzelf niet een al te best imago. Veel mensen zien de wijn als basic, oppervlakkig. Dit komt omdat er veel goedkope wijn is verkocht. De laatste jaren is Soave aan zijn kwaliteit aan het werken. Met name de Classico geeft waar voor je geld. Soave wordt met name gemaakt van de Garganega druif en deze is en erg flexibel en erg vruchtbaar. Je kunt er eigenlijk alles van maken en tegenwoordig is er ook sparkling wijn van Garganega. Was de wijn in het verleden wat 1-dimensionaal, nu is het vaak een mix van amandel, fruit, appel, meloen en soms wat tropische vruchten. Hij is niet super aromatisch, maar komt wel in de buurt. Veel wijnen hebben een wat fenolische, bittere afdronk. Dit komt omdat de Italianen hun wijn echt voor bij het eten drinken en wijn moet dus matchen met het eten. Hierdoor deze afdronk en vaak ook het wat hogere zuur. 

De wijn moet minimaal 70% uit Garganega bestaan, maar vaak is dit 100% of is het een blend met de Trebbiano di Soave. Typisch smaakaroma is perzik, meloen, sinaasappelschil, marjoraan en saline. De wijn kan op een Sauvignon Blanc of Pinot Grigio lijken, maar heeft iets meer olieachtige rijkheid en soms een wat groen, bittere afdronk. De wat oudere Soave wijnen kunnen meer marmelade en honing tonen hebben, bijenwas. Er zijn ook zoete wijnen te vinden hier en er is een spumante. Staat er Superiore op het etiket van een Soave, dan heeft de wijn minimaal 8 maanden rijping gehad en is hij gemaakt van de wat betere druiven die op de heuvels hebben mogen groeien. 

In Soave zijn er 4 belangrijke DOCs:

  1. Soave DOC. De druiven kunnen uit het hele Soave gebied komen en de wijn moet minimaal 70% uit Garganega bestaan. Hij mag aangevuld worden met Trebbiano di Soave (ook wel Verdicchio genoemd) of Chardonnay of met max 5% andere druif. De maximale opbrengst is 105 hL/ha. Deze DOC is verantwoordelijk voor 80% van de productie in Soave. 
  2. Soave Classico DOC: de druiven komen uit het bergachtige deel. De regels zijn hetzelfde als in de Soave DOC, maar de maximaal toegestane opbrengst is wat lager: 98 hL/ha. 
  3. Soave Superiore DOCG: Hier is de toegestane opbrengst nog lager (70 hL/ha). De druiven komen uit het gebied Reciotot di Soave. De wijnen hebben minimaal 8 maanden moeten rijpen. 
  4. Recioto di Soave DOCG: dit is een heel specifiek gebied in het bergachtige deel. De druiven worden hier eerst semi-gedroogd. Maximale opbrengst is dan ook laag: 36 hL/ha. Een volle zoete wijn, met bloemen, honing, hoge zuren. 

Wijnbusiness voor Soave

Tot de jaren 70 was deze wijn erg populair, maar door de Pinot Grigio is hij gedaald in gebruik. Helaas worden daarom oude Garganega stokken vervangen door Pinot Grigio stokken. Met name in Duitsland en in de UK wordt deze wijn nog wel gekocht. 

Door de klimaatverandering zie je steeds meer weer pergola training hier. De druiven worden dan door de overhangende bladeren wat beter beschermt tegen de zon. Als het 45 graden is, dan kan het onder de pergola 26-28 graden zijn.  Een stuk koeler dus. Een pergola moet wel met de hand geoogst worden. Maar het is een systeem wat men in Soave koestert. 

Soave is een grote appellation, maar net iets Kleiner dan Valpolicella. Productie is 40-50 miljoen flesen per jaar en er is 6000 hectare aan wijngaard. 80% Wordt geëxporteerd naar US, Canada, UK. Het streven voor Soave is om zich net zo in de markt te zetten als Pinot Grigio. 

Classificatie Soave

In 2020 zijn er 33 single vineyards goedgekeurd. Deze worden ook wel UGA genoemd. Unita Geografica Aggiuntiva. Deze lokale wijngaardnamen mogen nu op het etiket gezet worden. Deze classificatie gaat dus niet zozeer over kwaliteitsniveaus maar kijkt meer naar de eigenschappen van de wijngaard en de hierdoor ontstaande aroma’s in de wijn. Bijvoorbeeld UGA Tenda heeft typische jasmijn tonen en UGA Carbonare is meer kruidig.  Het nadeel van deze classificatie is de impact op de boeren, dis vaak een stuk land al jaren bezitten en nu wordt daar ineens een label aan gehangen. In vergelijking met het cru systeem zijn de UGAs puur geografische definities van de wijngaarden bepaald door de ligging, bodem en klimaat condities. Je moet als consument dan wel enige kennis hebben, want alleen op de heuvels heb je 3 verschillende bodemsoorten: vulkanisch of donker basalt, tufo of kalkachtige limestone grond. 

Valpolicella:  “ The Valley of the many cellars”

Valpolicella is synoniem voor rode blends gemaakt van inheemse druiven. Dit gebied ligt ten noorden van Verona en grenst aan het Garda meer. Dit meer is erg belangrijk voor het gebied. Ook de Lessini bergen in het Noorden spelen een belangrijke rol. Ook hier heb je een gebied in de heuvels en een vlakker deel. Het vlakker deel is met name gravel en zand en het is er warmer. Meer fruitaroma dus, maar minder zuren en een wat lagere concentratie. In 1968 is het gebied Valpolicella officieel erg uitgebreid. Tot die tijd was Valpolicella eigenlijk dat wat nu het Valpolicella Classico gebied is. Sinds de uitbreiding is Valpolicella dus groot geworden en bestaat het uit 19 gemeentes. Vijf hiervan liggen in het Classico gebied. 

Het grote probleem met de uitbreiding in 1968 is dat men niet alleen de gebieden met de beste omstandigheden toevoegden aan de Valpolicella DOC, maar ook de gebieden waar alleen bulkwijn werd gemaakt. Dit deed de naam Valpolicella geen goed. Het stond synoniem voor goedkoop en lage kwaliteit. Hetzelfde gold voor Soave. In 200 werd Amarone ineens erg populair in Amerika dankzij een wijncriticus. De boeren konden ineens meer geld verdienen en stopten dit in het verbeteren van de kwaliteit en de naam. In 2010 kreeg Amarone dus een eigen DOCG classificatie. 

Klimaat

In de vallei is het warmer dan rondom het Gardameer en in de bergen en de wijnen uit de vallei zijn niet de beste. Over het algemeen is er een mild tot koel continentaal klimaat. Het Gardameer zorgt voor een minder extreem verschil tussen winter en zomer. In de winter zorgt het meer voor straling en opwarming en in de zomer juist voor koeling. Het helpt de temperatuur te matigen en zorgt voor een meer mediterraan klimaat. Hoe veder weg van het meer, des te meer verschil in winter en zomer en dag en nacht. Het regent wel bijna 2x zoveel in de bergen en er kan ook hagel vallen. De koele wind in de bergen is wel weer goed voor de zuurgraad van de wijn.  

Geografie

  1. Wijngaarden in de bergen met limestone bodem. Dit is de Classico regio bij de Lessini Moutains. 
  2. Wijngaarden op heuvels met limestone en vulkanische grons. 
  3. De vruchtbare, alluviale grond van de vallei. 

Druiven

Corvina Veronese: Een druif die erg vruchtbaar is, dikke schil heeft en gevoelig is voor esca, botrytis en meeldauw. Hij rijpt ook laat en doet het beter op pergola’s. Het voordeel van de pergola is ook dat de de goede ventilatie door de wind de kans op ziektes verkleint. Het nadeel van de pergola is dat deze wat meer water verbruikt door verdamping. De druif wordt met name in een blend gebruikt. Het geeft aroma van viooltjes, rode kers, rode pruimen en wat kruiden. Medium tannine en hoge zuren. Heel soms vindt je een single variety Corvina. Het wordt gezien als de backbone van een blend. Geeft structuur en aroma van kers en rode bessen. Hij geeft zachtheid aan de wijn. 

Corvinone: deze druif is pas in 1993 ontdekt en is geen familie van de Corvina. Big Corvina staat voor grote cluster druiven. Nadeel is dat de druiven aan een tros vaak niet gelijk rijp zijn. Je moet dus vaker met de hand plukken om de rijpe druiven te selecteren. Het geeft tannines aan een wijn en wat rood fruit aroma’s, zwarte kers, kruiden, kleur en tannine en zuren. Hij mag de Corvina tot max 50% vervangen.  

Rondinella: een erg betrouwbare druif. Goed bestand tegen ziektes en kan op verschillende bodemsoorten groeien. Hij is wel gevoelig voor Esca. Kan snel suikers verzamelen en is daarom goed voor de Recioto. Hij mag 5-30% van de blend uitmaken. 

Molinara: Stokken geven hoge opbrengsten, maar de druif geeft weinig kleur en is daarom steeds minder populair. Hij werd ook gezien als te aromatisch en savory. Was ooit verplicht in de blend, maar nu niet meer. 

Oseleta: is de nieuwe populaire druif en word met name in Amarone gebruikt. Dikke schil, veel tannine, blauwe bessen, bramen, mineralen en kruiden. Erg powerfull. JE ziet steeds meer aanplant. 

In Valpolicella worden met name fruitige, jong drinkbare wijnen gemaakt. Ook zie je er de appassimento stijl. Deze stijl wordt steeds populairder. De appassimento stijl vind je in Soave en in Valpolicella. De wijn die zo wordt gemaakt heet passito. Het idee is dat de druiven eerst worden gedroogd en dan pas worden geperst. Het drogen duurt soms wel 3-4 maanden. Doel is concentratie van aroma en het verhogen van het alcoholpercentage. Vroeger was het ook de manier om de wijn wat compacter en meer robuuster te kunnen vervoeren. Deze manier wordt gebruikt voor Valpolicella wijn, Amarone en Recioto. 

De blendregel is dat:

Corvina 45-90% van de blend uitmaakt. Corvinara mag Corvina tot max 50% vervangen. Rondinella kan dus 5-30% van de blend uitmaken. Tenslotte kan tot 25% gebruik gemaakt worden van andere druiven, maar er mag maximaal maar 10% van een druivensoort inzitten. 

Alles bij elkaar is de wijn dus heel er afhankelijk van de wijnmaker. Wat doet hij in zijn blend. Denk hierbij aan Bordeaux. 

Wijnregelgeving

Een leuke discussie gaat over wat zegt een DOCG  classificatie nu eigenlijk. Eigenlijk zeg het alleen iets over de regels waarop een wijn is gemaakt. Maar als je er een slechte druif ingooit wordt het nog steeds een slechte wijn, ongeacht de hoeveelheid druif die je hebt geplukt. Ook is een DOCG-wijn niet perse duurder, maar meestal wel. Er zijn meer regels. Dat is het belangrijkste verschil. 

Er zijn 2 DOCs en 2 DOCGs in Valpolicella. Valpolicella DOC en Valpolicella Ripasso DOC. Amarone della Valpolicella DOCG and Recioto della valpolicella DOCG. 

Hieronder kun je dan nog de sub-zones hangen en vervolgens nog superiore wel of niet aan toevoegen. 

  1. Valpolicella DOC: max yield is 84 hL/ha. Corvina is 45-95% van de blend. 5-30% mag Rodninella zijn en dan aangevuld met een andere druif. Deze wijnen mhebben vaak een korte maceratie gehad. Kleur is iets paars, kesen en rozen en meestal geen eiken. Low-medium tannine en medium-medium + zuren. 

a. Valcpolicella Classico DOC: de druiven moeten van een wijngaard op de heuvels komen dat gedefinieerd is als Classico. Deze wijnen zijn vaak wat meer geconcentreerd. 

b. Valpolicella Valpantena DOC: druiven van de Valpantena vallei. 

Superiore: Dit zijn wijnen die minimaal een jaar houtrijping hebben gehad. Deze toevoeging is typisch voor de DOCs. 

2. Valpolicella Ripasso DOC: Bij deze wijn vindt er een tweede gisting plaats met de must van de Amarone of Recioto wijn. Ripasso betekent re-passed. Dus eerst wordt er Valpolicella wijn gemaakt en dan wordt de must toegevoegd en gaan de gisten die hierin zitten verder met de fermnentatie van de nog aanwezige suikers. De wijn moet minimaal een alcohol van 12,5% hebben of van 13% voor een superiore classificatie. Daarna nog 1 jaar houtrijping. Ook hier zijn alle 3 de subzones weer te vinden. 

  1. Recioto della Valpolicella DOCG: dit is ook een semi-zoete wijn. De druiven mogen overal uit Valpolicella komen. Ook hier sub-zones Classico of Valpantena.  Als er Classico op staat, dan moeten ze dus wel uit het classico gebied komen. 
  2. Amarone della Valpolicella DOCG: Dit kunnen droge of half zoete wijnen zijn. De maximale yield is 48 hL/ha. Vaak 100-120 dragen droging waarna pas persen. Aroma van kersen, rood fruit, medium-hoog tannine en hoog zuur. Soms wat eiken. Ook hier weer de drie subzones van toepassing. De beste Amarone komt in principe uit de Classico regio. 

Wijnbusiness

De verkoop van Amarone is sinds de jaren 90 verzesvoudigd. De verkoop van Ripasso is verviervoudigd. De producenten krijgen veel meer voor een druif die gebruikt wordt voor Amarone dan voor een normale Valpolicella wijn. Export is met name naar Dutsland en Amerika. Valpolicella is dus aan de ene kant een fruitige, simpele en lichte wijn en aan de andere kant van het spectrum heb je Amarone: vol en fruitig, maar zwaar. 

Is die enorme groei van Amarone goed?

Van oudsher was het Valpolicella Classico gebied niet groot en stond dit synoniem voor kwaliteit. 

Op de kwaliteitsladder van Valpolicella vind je aan de basis Valpolicella DOC. Dan is de Valpolocella Classico DOC al een stapje hoger. Voeg je er superiore aan toe dan is het nog iets beter. Aan de top is Recioto (zoet) en Amarone (droog). Voor de appassimento methode moet je niet te grote druiventrossen hebben, want dan is de kans op rot te groot. Vaak worden de druiven wel iets eerder geplukt om de zuurgraad te behouden. Tot de jaren 90 was de Amarone productie ongeveer 1-2 miljoen flessen. Nu is het 10 miljoen en hiervoor wordt ongeveer 25% van de druiven in dit gebied gebruikt. Iedereen is ineens de druiven gaan aanplanten. Er wordt nu Amarone gemaakt in gebieden waar dat vroeger niet gebeurde en veel Amarone wordt nu gemaakt van wijngaarden op de vlakke gebieden. De beste Amarone komt van de heuvels, waar de bodem meer uit limestone bestaat. De DOCG Amarone en Recioto legt wel vast hoelang de druiven moeten drogen en hoeveel druiven gebruikt mogen worden, maar de sub regio’s zijn niet vastgelegd. Dit zou dus nog moeten gebeuren. 

Etiketten

Er zijn drie sub-zones die je op het etiket kunt vinden:

Valpolicella (Oriental)

Valpolicella Valpantena

Valpolicella Classico

Dan is er nog de toevoeging Superiore: wat betekent dat de wijn minimaal 1 jaar rijping heeft gehad en 1% meer alcohol heeft. 

30% van alle Valpolicella wijn komt uit de Classico. Het is hier warmer en er is een goede drainage en er zijn de gunstige effecten van het Gardameer. Wijnen hebben meer body, meer tannines, meer fruit, frisse zuren en de Corvina druif doet het goed in de bergen. 

De naam Valpantena komt van de naam Panteon wat hier ligt. 20% van de wijnen komt hier vandaan. Er is een koel klimaat en soms is het juist moeilijk om de druiven helemaal rijp te krijgen. Het is een smalle vallei wat zorgt ovor een groot dag-nacht verschil en dus wijnen met een goede zuurgraad. 

De andere 50% komt uit het Valpolicella Oriental gebied.